De HOMA-spoelklep voorkomt afzettingen in pomputten. Aan het begin van het pompproces wordt een deel van de vloeistof via de geopende spoelklep terug in de pompput gepompt. De spoelstroom wervelt afgezette vaste stoffen in het transportmedium omhoog, zodat deze betrouwbaar worden afgevoerd.

Het spoelventiel wordt gemonteerd aan de drukaansluiting van de pomp tussen de pompflens en de koppelings-tegenflens (bij opstelling met koppelingssysteem een koppelingssysteem) of pijpleiding (bij bodemopstelling) Hiervoor zijn bijbehorende adaptersets (DN 50 t / m DN 150) verkrijgbaar, afhankelijk van de nominale diameter van de drukaansluiting. Bij grotere pompen kan het spoelventiel, indien aanwezig, direct op de reinigingsopening in het pomphuis worden gemonteerd. Het spoelventiel werkt door gebruik te maken van het Venturi-effect en door drukverschillen. Het ventiel heeft geen externe aandrijving of besturingsapparatuur nodig. De spoeltijd is individueel instelbaar tussen 20 en 50 seconden. Door het doordachte ontwerp kunnen ook slijtagedelen zoals het mondstuk of de kogelzitting eenvoudig worden vervangen.

Het spoelventiel kan ofwel gericht naar de bodem van de pompput om afzettingen te verwijderen of anders door het richten van de spuitmond naar het oppervlak van het afvalwater, de vorming van een drijvende afdekking, in het bijzonder bij zeer vette afvalwater, te vermijden. Na de ingestelde spoeltijd sluit de klep automatisch en wordt het spoelen beëindigd. De opwervelende verontreinigingen worden met het transportmedium afgevoerd. Als het pompproces is voltooid, gaat de klep weer open en is klaar voor het volgende pompproces.